Wandelen langs voormalige landgoedboerderijen in Oranjewoud

In het gebied waar we wonen kun je bijna niet anders dan de paden op, de lanen in. En hoewel we in de vrij nieuwe wijk Skoatterwâld wonen, is alles om ons heen doordesemd van historie. Je ziet het aan de straatnaambordjes met namen van stadhouders, landgoedeigenaren en andere Friese beroemheden uit jaren her. Maar natuurlijk vooral aan de landgoederen met de prachtige statige oude huizen van Oranjewoud, Oranjestein en Klein Jagtlust. En allemaal op minder dan 10 minuten lopen van ons huis.

We wonen op de scheiding van Heerenveen en het dorp Oranjewoud. Dit dorp ligt westelijk van het park dat tegelijkertijd een bos is, dat ook Oranjewoud heet. Een dorp met de rijke historie van landgoederen, uitgestrekte bossen, fraaie lanen en de Overtuin. Het dorp dankt zijn naam aan prinses van Oranje Albertine Agnes van Nassau, weduwe van Willem Frederik van Nassau-Dietz, die hier in de 1676 een landgoed kocht en het de naam Oranjewoud gaf. In die tijd was het populair om een buitenverblijf te hebben. Daarom liet Albertina Agnes tuinen, singels en lange lanen aanleggen die geïnspireerd waren vanuit Frankrijk. Het trok meerdere voorname families naar het dorp. Niet verwonderlijk dus dat hier bovengemiddeld veel landhuizen te vinden zijn.

Regelmatig wandel ik een rondje door de buurt. Ik stap vanuit ons huis via de Prins Bernhardweg al snel het bos in en kom dan door het boslaantje Pieter Heringa Cats en loop daarna via de Koningin Julianaweg en de in barokke-stijl aangelegde Emmalaan, ooit de toegangslaan voor de buitens van Oranjewoud, weer terug naar huis. Op dat stukje van een klein half uurtje kom ik langs het landgoed Klein Jagtlust en enkele grote, tot woonhuisomgebouwde, boerderijen. Ga ik niet het bos in maar vervolg ik mijn weg over de Prins Bernhardweg dan kom ik langs een monumentale boerderij die nog mooi de sfeer uitstraalt van zijn beginjaren. En een beetje verscholen in een zijstraatje staat dan nog een soort boerenbedrijf met een woonhuis ervoor. De route brengt me daarna langs het landgoed Oranjewoud en Oranjestein.

Bij toeval kwam ik erachter dat het gebied in en rondom Oranjewoud uniek is in Friesland vanwege het groot aantal landgoedboerderijen. Dat er in Oranjewoud veel van deze boerderijen waren komt doordat de landgoedeigenaren in Oranjewoud enkele voor die tijd moderne boerderijen lieten bouwen. Ook lieten zij heidevelden ontginnen tot bouwland en grasland. Op deze manier drukten zij een belangrijke stempel op de ruimtelijke ontwikkeling van het gebied. Dat dit voor alle drie de landgoederen geldt, komt vooral doordat de landgoedeigenaren vaak aan elkaar verwand waren en de manier waarop de landgoederen werden gerund, ook op elkaar was afgestemd.

Ooit stonden hier 24 landgoedboerderijen. Ze hoorden bij een van de drie landgoederen in Oranjewoud: Landgoed Oranjewoud, Oranjestein en Klein Jagtlust. Enkele boerderijen hebben hun agrarische functie behouden, anderen zijn gesloopt of hebben inmiddels een woonbestemming gekregen. Van de 24 zijn er nog vijf over. Ik kom er regelmatig langs. Het zijn Semper Virens, Maria Albertina en Donglust, die bij Landgoed Klein Jagtlust hoorden, en Pauwenburg en Prinsenhoeve, de pachtboerderijen van Landgoed Oranjewoud. Samen met de prachtige lanen, tuinen en statige landhuizen zijn deze vijf monumentale boerderijen nog steeds beeldbepalend in Oranjewoud.

Drie voormalige landgoedboerderijen staan op een paar honderd meter van elkaar op de Prins Bernhardweg: Semper Virens, Maria Albertina en Prinsenhoeve. De vierde voormalig landgoedboerderij Donglust staat aan de Koningin Julianalaan, een weg die parallel loopt aan de Prins Bernhardweg. De Pauwenburg vind je een stuk verderop aan de Marijke Muoiwei in het dorpje Brongergea, gemeente Heerenveen.

  • Semper Virens
    Prins Bernhardweg 31, Oranjewoud. Deze landgoedboerderij is een gemeentelijke monument en in 1875 volgens een ontwerp van architect J.I. Douma uit Leeuwarden in opdracht van Peiter Heringa Cats gebouwd. Semper Virens betekent zoiets als groen blijvend of loofhoudend. In 2017/2018 is de boerderij gerenoveerd. Laurenz Roelevink, een van de oprichters van het voedingssuplementenmerk Body & Fit, heeft het monumentale pand gekocht, verbouwd en bewoont het nu. Via de site van SPARQ kun je een kijkje binnen nemen.
  • Maria Albertina
    Prins Bernhardweg 41, Oranjewoud. Gebouwd in opdracht van Pieter Heringa Cats. De Maria Albertina hoeve is van buiten nog grotendeels intact gebleven. In 1903 wordt de boerderij voor het eerste officieel Maria Albertina genoemd. De omschrijving luidt: “boerenhuis met schuur en bijgebouwen, tuin, erf en weilanden met wijk te Oranjewoud”. Tot 1994 was het in gebruik als boerderij, maar werd daarna verkocht, mede door de ontwikkelingsplannen rond de wijk Skoatterwâld. Nu bewoont de familie Van der Zee, makelaar in agrarisch vastgoed, de monumentale boerderij.
  • Prinsenhoeve
    Prins Bernhardweg 69, Oranjewoud. Deze boerderij werd in 1676 door Albertine Agnes. Het ligt ten westen van het huidige landgoed Oranjewoud en was in de 18e eeuw de hofboerderij van het zomerslot van de Friese Nassaus. De naam verwijst hiernaar. Een latere opvolger diende een tijd lang als hofboerderij van het landgoed van de Scheltinga. De boerderij stond bekend als de slotpleats. Helaas is de oude hoeve in 1996 afgebrand. Er is wel weer een nieuwe boerderij gebouwd, maar dat is meer een woonhuis met boerderij en nog maar amper te herkennen als de slotplaats die het was.
  • Donglust
    Koningin Julianaweg 94, Oranjewoud. De stelpboerderij De Donglust is gebouwd in opdracht van G.F. (Key) Bieruma Oosting. De naam Donglust is ontstaan omdat er nooit genoeg ‘dong’ kon worden aangebracht om de schrale zandgrond vruchtbaar te maken. Donglust diende als hofboerderij voor Klein Jagtlust. Het pand was verwaarloosd en in 2019 door de gemeente Heerenveen aan Bob Dijksma, eigenaar van de FNP groep verkocht. Hij liet de boerderij verbouwen tot woonboerderij.
  • Pauwenburg
    Marijke Muoiwei 23, Oranjewoud (Brongergea). Van Pauwenburg rest alleen nog een metalen beeld van een pauw bij het huis dat nu verrezen is op de plek waar de oorspronkelijke Pauwenburg ooit stond. De naam Pauwenburg verwijst naar de oude buitenplaats die hier vanaf de 17de eeuw heeft gestaan. Eerst verbleven hier enkele leden van de familie Van Haren, die vanwege hun functie aan het Hof ’s zomers graag in de nabijheid van het zomerverblijf van de Nassaus vertoefden. De boerderij werd in 1999 gekocht door L. Nieuwe Weme (van de supermarktketen die ooit in Heerenveen begon?) die het pand liet slopen en er een nieuwe woonboerderij liet bouwen. Bij de sloop stuitte men op oude fundamenten en een rioolstelsel en een wagenwiel wat gebruikt werd als mal voor een te bouwen waterput.

Het Heel Grote Vogelboek

Als je van vogels, boeken, oude vogelprenten en specifiek de ijsvogel houdt, dan kun je het boek Het Heel Grote Vogelboek van Bibi Dumon Tak toch niet laten liggen? Ik was opslag verliefd toen mijn oog erop viel in een leuk winkeltje in Harlingen. Het boek is al in 2017 verschenen maar lag ongetwijfeld bij de kassa vanwege het aanstaande optreden van Bibi Dumon Tak in Zomergasten enkele weken erna.

Het Heel Grote Vogelboek van Bibi Dumon Tak, uitgegeven bij Lannoo.

Bibi Dumon Tak maakte op geheel eigen wijze de oude uitgave Nederlandsche vogelen van Nozeman en Sepp geschikt voor kinderen. Zij selecteerde dertig van de tweehonderd vogels uit de oorsponkelijke uitgave en schreef bij de oude ingekleurde gravures haar eigen vogelportretten, die leerzaam en ongelooflijk grappig zijn. Ongetwijfeld zorgt zij met dit boek voor een hele nieuwe generatie vogelaars.

Op de website van de Koninklijke Bibliotheek kun je online zowel de oorspronkelijke vijf delen van Nederlandsche vogelen bekijken als ook via Wikimedia Commons de prenten. Ook wordt er uitgelegd wat een mega-productie het maken van deze boeken was. Het is het eerste oorspronkelijk Nederlandse vogelboek en een van de duurste, omvangrijkste en langstlopende werken uit de geschiedenis van de Nederlandse boekdrukkunst. De vijf delen samen bevatten 250 prachtige, met de hand ingekleurde, gravures die de vogels zo veel mogelijk op natuurlijke grootte afbeelden, vaak met hun gevederde partner en soms met nest en eieren.

Pagina over de ijsvogel

Op zoek naar de ijsvogel

Bij het uitzoeken van spullen vond ik in een doos uit mijn kindertijd een tweetal netjes bewaarde plaatjes van ijsvogels. Ik stond perplex. Dat de liefde voor de ijsvogel toen al in mij zat, wist ik niet. Extra leuk om dat te ondekken in het jaar dat ik mezelf het zien van de ijsvogel als doel had gesteld.

In het gebied waar we nu wonen zou ik de ijsvogel zeker tegen moeten kunnen komen. Op Waarneming.nl had ik in februari al gezien dat er een aantal in de buurt waren gespot. Ik wist dat ik bij water moest zijn, want daar zouden ze op takken kunnen zitten, loerend naar visjes. En ik wist ook dat ik een behoorlijke portie geduld moest hebben. Ik was van tevoren door meerdere mensen gewaarschuwd dat ik de vogel niet echt zou kunnen zien. Dat het slechts een langsvliegende blauwe flits zou zijn. Maar waar ik ook keek en hoe ik ook luisterde, nergens zag of hoorde ik de ijsvogel.

Begin mei kocht ik een digitale spiegelreflexcamera met zoomlens. Ik was niet alleen op zoek naar de ijsvogel, maar wilde meer vogels in mijn woonomgeving kunnen ontdekken en fotograferen. Met de camera om de hals werden onbekende wandelaars en hondenuitlaters ineens zeer loslippig over waar ik ijsvogels zou kunnen vinden. Er werden me een aantal plekken gewezen en het vertrouwen in de goede afloop groeide.

Ondertussen had ik ook de tip gekregen om de app Merlin Bird ID te downloaden, zodat ik het geluid van de ijsvogel zou kunnen herkennen en dan zou weten waar de ijsvogel ongeveer zou kunnen zitten. Ik kwam steeds meer in de buurt, want warempel zag ik op een gegeven moment de roep van de ijsvogel in mijn schermpje verschijnen. Een hoge fluitende roep. Eigenlijk heel herkenbaar. En met die roep kondigt hij kennelijk zijn komst aan.

Wat maakt de ijsvogel nou zo gewild? Niet alleen omdat hij moeilijk te vinden is. Ook het exotische uiterlijk van het kleine vogeltje is aantrekkelijk. Zo prachtig blauw met z’n oranje borst. Wat ik niet wist is dat de ijsvogel eigenlijk helemaal niet blauw is. Hij is zelfs kleurloos. In de rugveren van een ijsvogel zitten geen kleurstoffen. Puur door de structuur van de veren zorgen weerkaatsingen van licht voor de blauwe kleur. Het is dus een optische illusie. Dit verschijnsel heet iriseren. Dankzij het iriseren kunnen ijsvogels zich goed camoufleren. In de schaduw zie je het vogeltje amper terug. Daarom o.a. is hij ook zo moeilijk te vinden.

In juli ging ik weer op pad. Met mijn verrekijker, mijn fotocamera en mijn nieuwe vriend Merlin. Ik had de roep nu al meerdere keren gehoord en had uitgedokterd waar ik moest gaan staan om de vogel langs te zien vliegen. En ja hoor, het was raak. Ik hoorde de schrille kreet en zag de blauwe flits langskomen. Precies zoals ik het me had voorgesteld. Wachtend op de volgende roep zat ik klaar met mijn camera. Op goed geluk drukte ik af en had een klein blauw vlekje linksonder in beeld te pakken. Het was gelukt! Gezien én vastgelegd.

de ijsvogel