Wachten op hoog water

Daar stonden ze, de twee vrouwen van Wachten op hoog water. De ene volslank en de ander dun. Het zonlicht viel op hun metalen huid. Ze keken voor zich uit, armen gespreid met de handpalmen iets omhoog. De handen raakten elkaar niet. De twee beeldjes bevonden zich op een houten blok, met de kunstenaar ernaast. Het was een opendag van de Sluisfabriek in Drachten, de plek waar Jan Ketelaar zijn atelier heeft. Het was september 2022.

De beeldjes waren een voorstudie voor de vijf meter hoge beelden Wachten op hoog water, die we in de zomer van 2021 bij Holwerd hadden zien staan. Door corona wilden we die zomer niet naar het buitenland en zochten de rust en de kust op. We logeerden in een Airbnb in Friesland. De twee vrouwenfiguren waren al van verre op de dijk te zien, silhouetten in het landschap. Ze stonden een paar kilometer buiten het dorp, in het uiterste noorden van het vasteland van Friesland, waar de veerboot naar Ameland gaat. Vanaf de dichtsbijzijnde parkeerplaats liepen we met stevige tegenwind over de dijk naar wat inmiddels één van de bekende landmarks langs de Waddenzee is.

Tijdens de opendag maakten we kennis met Jan Ketelaar. Hij vertelde dat de beelden bij Holwerd door de provincie en de gemeente van hem waren geleaset voor een periode van vijf jaar. En dat het huurcontract in mei 2023 zou aflopen. Wat zou kunnen betekenen dat de beelden weg moeten. We keken elkaar onthust aan.

Het gaat om twee, van metaal gelaste, vrouwen van vijf meter hoog. Een volle vrouw en een dunne vrouw. Ze kijken uit over zee. Het gaat over de zoektocht naar balans en uitwisseling. Met het kunstwerk wil kunstenaar Jan Ketelaar mensen bij elkaar brengen. Het is het eerste kunstzinnige dijkproject van Sense of Place dat na jarenlange voorbereiding tot uitvoering kwam. Sense of Place is het landschapsprogramma voor de waddenkust van Leeuwarden Culturele Hoofdstad 2018. Het project wil kunst bij het Wad stimuleren.

Jan Ketelaar in zijn atelier bij het eerste beeld van Wachten op hoog water. Foto Voor de kust.

Jan Ketelaar was jaren met het kunstwerk bezig. Het kostte hem zelfs zoveel tijd dat hij niet meer aan ander werk toekwam, terwijl de financiering van de Culturele Hoofdstad 2018 nog niet rond was. Joop Mulder van Oerol én Sense of Place begon een crowdfuningsactie om Jan te helpen zijn droom te verwezelijken. En dat lukte. De volle vrouw werd in december 2018 geïnstalleerd, het jaar van Leeuwarden-Fryslân Culturele Hoofdstad. Op 16 september 2019 kreeg ze gezelschap van de dunne vrouw. Zo’n honderd mensen kwamen naar de dijk om te kijken naar de voltooiing van het project. Filmmaker Jonathan Doornenbal legde dit vast.

Op zijn Facebookpagina maakte Jan kort geleden bekend dat zijn iconische beelden op hun plek kunnen blijven staan, de gemeente en provincie kopen de beelden van hem. Het contract wordt in mei 2023 getekend.

Jan Ketelaar is een kunstenaar uit Friesland en woont in Drachten. In 2002 studeerde hij af aan de Academie Minerva. Onder de naam Potzenmakerij Ketelaar maakt hij zogenaamde potzen: serieuze grappen. Jan exposeerde o.a. in Portugal, Bremen en New York. Hij trok met zijn metershoge beelden “De staat van Nederland” verschillende malen (per heftruck) door Nederland. In 2014 ontwierp hij voor de koningslinde (nav de troonsbestijging van Koning Willem-Alexander) een speciaal, hek, één waar je ook op kunt zitten. In 2021 voerde hij voor FB Oranjewoud het logo in 3D uit. Hij is voornamelijk beeldhouwer, maar schrijft en publiceert ook gedichten. In 2008 en in 2012 stond hij in de finale NK Poetry Slam. In 2014 kwam zijn eerste bundel uit “Van een man die dacht, ik wil niet meer denken”. Daarnaast organiseert hij als potzenmaker literaire en culturele bijeenkomsten en is hij plannenmaker. Meer informatie op zijn website.
Van de gemeente Leeuwarden kreeg Jan Ketelaar opdracht een koninklijk hekwerk te maken voor de koningslinde op het Beursplein. De onthulling vond plaats op 20 mei 2014. Foto Jan Ketelaar.
Van FB Oranjewoud (bij Heerenveen) kreeg Jan opdracht om het logo in 3D uit te voeren. Foto Jan Ketelaar.

Skeuomorf


Deze week leerde ik een nieuw woord: skeuomorf. Ik las het in een post van Brilliant Ads op LinkedIn, een account om zeker te volgen. Skeuomorfisme is iets dat functioneel lijkt, doordat het de verschijningsvorm heeft van iets dat we kennen. Door objecten te laten lijken op het oorspronkelijke, vertrouwde materiaal. Bijvoorbeeld nepzakken in kleren, spijkers in jeans, de koperen kleur van muntgeld of het geluid van een sluiter op een digitaal fototoestel.

Brilliant Ads gaf het voorbeeld van de save-button in de vorm van een floppydisk. In de grafische gebruikersomgeving voor software dient skeuomorfisme vooral om de stap naar digitaal minder groot te maken door een realistische weergave van het oorspronkelijke voorwerp. Bijvoorbeeld de ringbanden in een virtueel kladblok of het omvouwen van een bladzijde op het scherm. Een herkenbaar voorbeeld vind ik zelf de iBookstore die boeken toont in een boekenkast van hout. Apple maakte hier vaker gebruik van. Lees meer over skeuomorfisme bij Apple.

Zenderoverzicht in krant op zwart


Dit weekend ging in NRC het zenderoverzicht op zwart. Geen tv-gegevens meer in de krant. Toen ik deze aankondiging eerder deze week las, was ik geschokt. Maar waarom eigenlijk? Waren die gegevens niet altijd al een soort fremdkörper in een krant?

In een artikel van Arjen Fortuin van 30 september 2022 las ik dat NRC al eerder de tv-gegevens schrapte. Dat was in 2009, in hun jongerenkrant nrc.next. Jongeren zouden geen tv meer kijken. Na 300 klachten haalde NRC bakzeil en kwam het zenderoverzicht terug. Die relatief jonge lezers hadden dus nog wel een boodschap aan tv. Eerlijkheidshalve moet gezegd dat ook de sudoku op de eliminatielijst stond. Deze puzzel was nog maar een paar jaar daarvoor in Nederland geïntroduceerd en al razend populair geworden. Mede doordat ook kranten dagelijks zo’n puzzel afdrukten.

In september vorig jaar, nadat de zaterdagkrant anders was ingedeeld en vormgegeven, probeerde NRC wederom zich van de televisiegegevens te ontdoen. Voortaan zou er in de zaterdagkrant geen tv-overzicht meer verschijnen. Ook nu kwamen er klachten. En ook nu zwichtte de krant en kwam het zenderoverzicht terug. Maar het was van tijdelijke aard. Vanaf dit weekend worden de tv-gegevens, ook in de doordeweekse krant, niet meer afgedrukt.

NRC geeft als verklaring dat zenderoverzichten ook online te vinden zijn. De krant geeft zelfs wat namen van sites. De pagina’s met tv-gegevens worden online weinig bekeken en de hoofdredactie wil digitaal leidend laten zijn. We krijgen de tip ons te abonneren op de nieuwsbrief NRC Kijktips voor een selectie boeiende tv-programma’s van de mediaredactie. En en passant meldt de krant dat naast de doordeweekse tv-tips ook de rubriek Thuiskok en het weerbericht stoppen.

Er zijn inderdaad genoeg andere bronnen voor deze services waarvoor de krant slechts een doorgeefluik is. Die onderdelen zijn in de loop der tijd ook al verschoven. Waren het in de jaren zeventig kerkdiensten, later kwamen de bioscoopladders en meer pagina’s met beurskoersen. Het vormgeven van deze rubrieken kost tijd, en die tijd wil NRC liever aan journalistiek inhoudelijker zaken besteden. Chapeau voor NRC als dat inderdaad zo is. Ik mag hopen dat er straks niet extra advertentieruimte voor in de plaats komt.

Hoewel ik het schrappen van de service-onderdelen wel snap, is het weer iets dat we achter ons (moeten) laten omdat de wereld verandert. En elke verandering vind ik niet per se een vooruitgang. Omdat die vooruitgang te vaak wordt ingegeven door wat de meerderheid wil. Of in het geval van NRC van wat er online het meest gelezen wordt. En het daarmee feitelijk een kwestie van geld wordt. Natuurlijk is het goed als er meer ruimte komt voor journalistieke inhoud, maar is een krant er niet ook voor verpozing? Om ontspanning te bieden? Om tussen al dat nieuws juist even aan de wereld te kunnen ontsnappen?

Ik besef dat steeds meer dingen die ooit heel gewoon waren, achterhaald raken. Dat het afschaffen van de tv-gegevens betekent dat er steeds minder mensen lineaire tv kijken en ook steeds minder een (papieren) krant lezen. Misschien was ik daarom wel zo geschokt over het nieuws. Niet omdat ik die tv-gegevens nu zo hard nodig heb, maar omdat het voelt als het einde van een tijdperk. Ik ben oud.