Mijn 5 mooiste zelf ontdekte vogels van 2023

Tijdens corona werd mijn interesse in vogels aangewakkerd, maar pas dit jaar kreeg het vogelvirus me echt te pakken. Ik ging erop uit met verrekijker en fototoestel. Dit zijn mijn 5 mooiste zelf ontdekte vogels van 2023.

5. De Grote Bonte Specht


In het voorjaar en zomer heb ik vele tochten door de bossen gemaakt op zoek naar de grote bonte specht. Zijn roep leerde ik goed herkennen. Ook het tikken op de boomstam. Maar om de vogel dan nog goed te fotograferen was een hele klus. Het is me dit jaar toch een aantal keren gelukt. En eind december zat er eentje zelfs elke dag bij ons in de achtertuin. Mee te eten van het vogelvoer.

4. De kleine karrekiet


Karekiet karekiet, je hoort me wel maar je ziet me niet. Dat klopt wel. In de vogelkijkhut de Skiere Goes hoorde ik het beestje wel, maar duurde het tijden voor ik het zag. Maar prachtig hoe het beestje zich vastklauwt aan een rietstengel. Later hoorden we een soortgenoot elke ochtend in de binnentuin zijn krr-krr-kiet-kiet-kiet klinken.

3. Gekraagde roodstaart


Met veel geduld heb ik dit vogeltje kunnen fotograferen. Er zat een nestje in een boom waar ik regelmatig langsliep. De ouders vlogen af en aan om de jonge vogeltjes te voeren.

2. Steenloper


Op Vlieland kwamen 3 steenlopers aangevlogen toen we op een bankje aan de kust zaten. Ze zaten mooi op een rijtje. Prachtige beestjes.

  1. IJsvogel

Tijdens het Oranjewoud festival kreeg ik de tip dat er een nestje in de Overtuin zat. Ik ben vele middagen en avonden naar de Overtuin gelopen om de zo gewilde ijsvogel dan wel te horen, maar niet te zien. De roep herkende ik en ik wist ook dat als je de roep hoort, ze dan vaak ineens in een flits langsvliegen. Maar die blauwe flits zag ik steeds maar niet. Tot die bewuste middag in juli. Ook op de foto (links onderin) is het een blauwe flits, maar ik heb de ijsvogel gezien én toch enigszins gefotografeerd. Dat pakken ze me niet meer af.

Oude vogelprenten van Nozeman & Sepp

De Grutto

Met mijn interesse in vogels kwam ook mijn fascinatie voor oude vogelprenten. De prenten zijn vaak wonderschoon en waardig om ingelijst te worden. Een mooie manier van vroeger om de mensheid vooruit te brengen. Toch zit er aan al die kleurenpracht een zwart randje. Vaak werden de vogels namelijk speciaal voor dit doel gedood. Dit was toen, zonder fotografie en samen met het gebruik van opgezette dieren, waarschijnlijk de enige manier om ze zo gedetailleerd te kunnen tekenen. Maar toch. Enkele jaren geleden kwam daar nog een zwarte bladzijde bij. John James Audubon, de bekende vogelillustrator van The Birds of America, had ook nog gebruik gemaakt van tot slaafgemaakten om tot zijn wereldberoemde vogelprents te komen. Hoewel ik de oude prenten nog steeds prachtig vind, zie ik ze tegenwoordig toch ook in een ander licht.

Het eerste oorspronkelijk Nederlandse vogelboek en een van de duurste, omvangrijkste en langstlopende werken uit de geschiedenis van de Nederlandse boekdrukkunst is de beroemde uuitgave De Nederlandsche vogelen van Cornelis Nozeman en Christiaan Sepp. De uitgave werd tussen 1770 en 1829 in vijf delen uitgegeven. Cornelis Nozeman schreef de teksten van deel 1 en een grotendeels van deel 2. Na zijn overlijden zette Martinus Houttuyn zijn werk voort. De gravures werden gemaakt door of onder toezicht van Christiaan Sepp en later door zijn zoon Jan Christiaan Sepp en zijn kleinzoon Jan Sepp.

De vijf delen samen bevatten 250 prachtige, oorspronkelijk met de hand ingekleurde gravures die de vogels zo veel mogelijk op natuurlijke grootte afbeelden, vaak met hun gevederde partner en soms met nest en eieren. Doordat de vogels op ware grootte werden afgebeeld kregen de uitgaven het grote formaat van 56 × 39,5 cm. Iedere tekening werd gegraveerd en daarna afzonderlijk met de hand ingekleurd door specialisten. Dat maakte de productie zeer duur. Het boek verscheen in afleveringen. Na iedere vijftig platen werd een titelpagina gedrukt en een lijst met behandelde vogels. Die konden dan ingebonden worden. Uiteindelijk kwam na 59 jaar het werk te bestaan uit 5 delen. Elk deel bevatte 50 met de hand gekleurde kopergravures met bijbehorende tekst. De volgorde is willekeurig omdat een vogel getekend werd op het moment dat hij beschikbaar was.

Op de website van de Koninklijke Bibliotheek kun je online zowel de oorspronkelijke vijf delen van Nederlandsche vogelen bekijken als ook via Wikimedia Commons de prenten. Ook wordt er uitgelegd wat een mega-productie het maken van deze boeken was.

In 2014 werden de delen in één band als facsimile op ware grootte heruitgegeven en aangevuld met een uitgebreide inleiding en een index met de historische en moderne vogelnamen. En in 2015 werd dezelfde uitgave maar in verkleinde editie gepubliceerd.

In 2017 maakte Bibi Dumon Tak de oude uitgave Nederlandsche vogelen van Nozeman en Sepp geschikt voor kinderen. Voor Het Heel Grote Vogelboek selecteerde zij dertig van de tweehonderd vogels uit de oorsponkelijke uitgave en schreef bij de oude ingekleurde gravures haar eigen vogelportretten. Die leerzaam en ongelooflijk grappig zijn.

I don’t like, I micro-obsess

Soms ineens is er een woord voor hoe je je voelt of bent. Een woord waarvan je niet wist dat het bestond. Dat overkwam me ooit toen ik na een MBTI-test ontdekte dat ik het INFJ-type ben. Ik had ineens een handleiding voor mezelf. Zo’n zelfde openbaring had ik vorig jaar toen Martin Rombouts, spokenword kunstenaar en winnaar van de Slimste Mens in 2022, over zijn micro-obsessies vertelde. Ik dacht gelijk: ‘dát heb ik ook!’ Wat heerlijk om er een woord voor te hebben. En wat is het een héérlijk woord! Ik weet eigenlijk niet of Martin Rombouts het op dezelfde manier bedoelt als dat ik het interpreteer, maar dat maakt niet uit. Ik heb een woord voor wat mij drijft. Voor waar ik blij van word. Voor waar ik deze website voor bij hou.

Oorwurm
Om iets te bereiken lijk je bijna wel een obsessie te moeten hebben. De Van Dale definieert een obsessie als ‘iets wat iemand onophoudelijk in zijn gedachten bezighoudt.’ In de psychiatrie is zo’n obsessie iets negatiefs. Dan zijn het ongewenste gedachten, beelden en impulsen die soms de hele dag en nacht doorgaan. Ook bij mij gaat het dag en nacht door, maar ik ervaar ze niet als ongewenst. Soms kan een zinnetje zo mooi klinken dat ik het de hele dag in mijn hoofd heb. Waarschijnlijk is deze afwijking verwant aan de oorwurm, ook iets waar ik bijna dagelijks mee te maken heb. Dan is het geen zinnetje, maar een liedje dat dagenlang (soms wekenlang) in mijn hoofd zit. En vaak gaat het ook samen. En ondertussen tel ik ook nog heel vaak tot 100 of meer. Een overloaded head krijg ik er soms van. Misschien is dat ook de reden waarom ik soms even gewoon alleen in een kamertje wil zitten. Zonder extra prikkels van buitenaf.

Alice in Wonderland
Mijn gedachten zijn voor zover ik weet niet zo erg dat ik op de divan bij de psychiater moet gaan liggen. Ze zijn ook niet helemaal ongewenst en ik ondervind er, behalve een overprikkeling op zijn tijd, niet echt veel nadeel van. Ik lijd niet onder mijn obsessies. Herstel, mijn micro-obsessies. Ik ben er zelfs dol op. Ik vind micro-obsessie ook precies passen bij wat het voor mij is. Micro klinkt klein, onbeduidend naast het grote boze ‘obsessie’. En hoe dat bij mij werkt? Ik kan door een toevalligheid iets ontdekken en er dan helemaal in opgaan. Er helemaal geobsedeerd door raken. Er alles over willen vinden. Een val in het rabbit hole dat internet heet. Als een Alice in Wonderland volg ik het witte konijn naar de krochten van het internet. Soms gaat het over een schrijver, dan weer een kunstenaar, een film, een kunstwerk, of een muziekstuk, een bloem of een vogel. Ik kan weken achter elkaar ergens geobsedeerd over zijn. Dat wordt dan weer vanzelf vervangen door een nieuw onderwerp.

Tweede brein
Mijn internetbrowser is het equivalent van mijn overloaded head, maar dan op de laptop. Er staan altijd tientallen tabjes open. Allemaal onderwerpen die ik nog nader wil bestuderen en die eventueel tot een micro-obsessie kunnen leiden, of al zijn. Nog niet zolang geleden heb ik hier een nieuwe weg in gevonden. Sinds ik het concept ‘tweede brein‘ heb ontdekt kan ik al mijn invallen, interessante artikelen, beginnende micro-obsessies, kwijt in de app Notion. Dit werkt min of meer als een braindump van de invallen en vondsten. Het vullen van mijn ’tweede brein’ is overigens een micro-obsessie op zich geworden. En dat is eigenlijk niet de bedoeling, want het concept van een tweede brein is niet archiveren maar er iets mee doen.

Writers’s block
Tot op heden maakte ik een blogpost over iets dat me bezighield of wat ik had meegemaakt. Dan had ik het opgeschreven en kon ik weer verder naar het volgende onderwerp. Maar doordat de micro-obsessies zich de laatste tijd in een steeds sneller tempo aan me opdrongen en ik daarnaast druk was met het vullen van mijn tweede brein, had ik geen tijd meer om er ook daadwerkelijk over na te denken of er een bericht over te maken. Er zat geen lijn meer in. Een soort writer’s block. Genoeg ideeën (teveel), maar geen idee wat ik ermee moest.

Rode draad
Na wat sudderen en stoven heb ik de oplossing gevonden. Binnenkort gebruik ik mijn micro-obssessies om een nieuwsbrief mee te vullen. Een vervolg op mijn nieuwsbrief uit 2020 die ik begon tijdens de eerste lockdown. Elke editie van mijn nieuwe nieuwsbrief wijd ik aan een micro-obsessie. Of aan meerdere micro-obsessies als ze iets met elkaar gemeen hebben. Want soms zie ik ineens een rode draad in de verschillende onderwerpen waar ik dingen over verzamel. Ik word zelf helemaal blij en rustig van dit idee. Ik heb een kapstok, een richting. Het legt lijntjes in mijn brein, het geeft samenhang. Het laat me iets doen met mooie en interessante dingen die op mijn pad komen. Een voorbeeld van een rode draad in die micro-obsessies is bijvoorbeeld het boek ‘De eerste wandelaar‘ van Flip van Doorn, over de wandelingen van de doopsgezinde predikant Jacobus Craandijk. Ik zie in die boeken van Craandijk ook weer linkjes met het verhaal over mijn stamboom. En over wandelen. Daar kan ik weer wat mee!

Een van de grappige quotes over het INFJ-type is I don’t like, I obsess. Ik heb daar nu van gemaakt I don’t like, I micro-obsess.